Digitale klaagmuur

are-you-having-fun

Op LinkedIn ben ik lid van de groep IEDP wat staat voor ‘Iedereen Elke Dag Plezier’. Het doel van deze groep is mekaars welzijn bevorderen aan de hand van een positieve dialoog. Iets soortgelijks had ik in gedachten toen ik een Facebook-pagina oprichtte voor de Vereniging van beroepsfotografen. Na 4 jaar en 77.000 leden heeft de oprichter van IEDP een open brief geschreven aan de leden omdat de inhoud van de berichten op LinkedIn niet meer beantwoord aan de oorspronkelijke doelstelling. In plaats van dialoog is er alleen nog maar discussie, wordt er teveel gezaagd over wat er fout loopt en wordt er rijkelijk kritiek geuit wanneer iemand zijn vrije mening geeft.

Deze ochtend vernam ik dat een lid van de beroepsvereniging zijn lidmaatschap niet wil verlengen omdat hij vindt dat de leden ervan gefrustreerd en verbitterd zijn. Dat leidt hij af uit het dagelijkse berichtenverkeer op Facebook. Nu vind ik dit geen reden om je lidmaatschap op te zeggen, niemand verplicht je  immers op Facebook te zitten, maar het zet met toch aan het denken. Klagen wij inderdaad niet teveel over de democratisering van de fotografie die ons klanten kost ? En breken wij niet te snel een collega af die zo moedig was zijn eigen mening te uiten en waardoor sommigen niet meer durven reageren ? Kunnen we in 2013 deze klaagcultuur niet achter ons laten en ons meer richten op het positieve ? In dit verband zou ik het doel van IEDP willen citeren :

IEDP is een verzamelplaats van gelijkgestemden. Mensen die vooruit willen denken, én doen. Mensen die bereid zijn elkaar te helpen en te motiveren. Mensen die inzien dat kansen in de toekomst liggen, niet in het verleden.

Zouden we als verenigde beroepsfotografen deze missie niet kunnen overnemen ? Laat ons stoppen met de hindernissen in het daglicht te stellen. Vroeger is voorbij en komt nooit meer terug. Moeilijke klanten zullen er altijd zijn, ook in de toekomst. Maar 98% van het kliënteel is wel aangenaam om voor te werken. Die mensen, daar doen we het voor. Fotografie is hot, daar moeten we ons voordeel mee doen. Laten we zoeken naar de nieuwe kansen die er zijn, dat is onze taak als ondernemer. Laat onze creativiteit en energie dus vooral daar naar toe gaan.

Digitaal businessplan

© Inge Berken
© Inge Berken

Deze morgen ontving ik een uitnodiging van Studio, vereniging voor fotografen in hoofdberoep, en CAP, aangaande een workshop van Inge Berken, een Nederlandse kinderfotografe. Toen ik op haar website ging kijken bleek dat haar aanbod alleen uit digitale bestanden bestaat. Prints kun je van haar niet kopen. Het heeft een aantal jaren geduurd vooraleer beroepsfotografen hebben kunnen wennen aan de digitale revolutie. Het aanbieden van digitale bestanden aan de particuliere klant was als vloeken in de kerk. Daarmee gaf je je inkomen uit handen. De laatste tijd zie ik het digitale aanbod echter steeds vergroten waardoor je als fotograaf wel moet volgen.  Als de vraag van de markt verandert, kan je twee dingen doen : mee veranderen of een andere job zoeken. Sommige fotografen hebben voor dit laatste gekozen, soms noodgedwongen. Vergelijk het met de paniek in de muziekindustrie toen iedereen illegaal begon te downloaden. In plaats van mee te evolueren en een businessmodel aan te bieden waarmee geld te verdienen viel, verkozen de platenlabels een heksenjacht tegen de muziekliefhebber te openen. Het was wachten op de creativiteit van Steve Jobs om iTunes te zien verschijnen. Vanaf dan was mogelijk om voor een zeer democratische prijs een nummer legaal te downloaden en gaat het weer beter met de muziekuitgeverijen.  Wat het publiek interesseert is de muziek zelf en niet zozeer het CD-doosje. In de fotografie zien we nu iets gelijkaardigs. De klant heeft vooral interesse in ons beeld en minder in de fotolijst of de canvas. Natuurlijk moeten we dat blijven aanbieden want daar bestaat ook een publiek voor. Maar als we jongeren die enkel geïnteresseerd zijn in Facebook, digitale fotokaders, smartphones, enz. hun digitale beelden weigeren, dan verliezen we de kapitaalkrachtige kopers van morgen. Hiermee is niet gezegd dat we onze digitale bestanden gratis moeten weggeven. Helemaal niet. Persoonlijk heb ik de ervaring dat de meeste klanten lage resolutiebestanden kopen als extra naast hun al dan niet ingelijste vergrotingen. In plaats van inkomensvermindering zie ik een inkomensvermeerdering.  En die paar jongeren die alleen maar digitaal willen, ach, die hun goodwill heb ik gewonnen en die komen hopelijk later een keer terug voor een grote bestelling.

Het einde van portretfotografie ?

Fotostudio Tilborghs 2850

Nu de wereld toch niet vergaan is, voorspellen sommige doemdenkers dit keer het einde van de portretfotografie. De Britse ‘photobizzcoach’ Beate Cheselle schrijft in haar blog dat de jeugd van tegenwoordig niet eens meer weet wat een portretfotograaf is. Waarom zouden mensen nog betalen voor een foto als ze zelf beelden kunnen maken met hun smartphone, foto’s die beloond worden met tientallen ‘likes’ van de vrienden. Ik vind dit heel kort door de bocht.

Mijns inziens komen er bij een portretfoto 3 zaken kijken :

1. de emotie in het beeld. Wat brengt de foto teweeg bij de kijker ?

2. het technische aspect zoals belichting, scherpstelling, …

3. de creativiteit van de maker, ‘het oog’ van de fotograaf zo u wil.

Wat het eerste punt betreft, de emotionaliteit kan een leek inderdaad even goed scoren als een professional. Een snapshot genomen van de vrienden op een rollercoaster in Bobbejaanland, kan spatten van emotie. Op dit vlak heeft de vakman geen exclusiviteit. Wat het technische aspect betreft is de voorsprong van de beroepsfotograaf ten opzichte van de amateur zeker verkleind door de komst van steeds meer gebruiksvriendelijke camera’s. Het echte bestaansrecht van de  professional zit mijn inziens in het creatieve luik. Creativiteit in compositie, kadrering, kleurgebruik, nabewerking, enz. Dat is het domein waar we het verschil kunnen maken en waardoor het einde van de portretfotografie nog niet voor morgen is. Ik zie het dagelijks in mijn fotostudio gebeuren. Steeds weer kiezen mensen voor foto’s die ze zelf nooit zouden maken, al was het maar zwartwit. Laten we dus met z’n allen gaan voor een creatief 2013 !

Herman Selleslaghs, de beminnelijke meester

 

Herman Selleslaghs - Copyright Fotostudio Tilborghs

Als fotograaf kom je op vele plaatsen en zie je vele mensen. Heel af en toe ontmoet je een bijzondere persoonlijkheid op een aparte locatie. Gisteren ontmoette ik Herman Selleslaghs in galerij De Zwarte Panter, gevestigd in het prachtige 14de eeuwse St. Julianusgasthuis in Antwerpen. De nu 70-jarige fotograaf stond er een aantal collega’s van de Belgische Beroepsvereniging te woord. Ik besefte dat dit één van die zeldzame momenten was die je je hele leven blijft koesteren.  Aanleiding was zijn expositie ‘Koppenberg, Vertigo en …’ in hiervoor vermelde galerij.  Selleslaghs begon in 1956 op zijn achttiende als fotograaf te werken bij Humo. Sindsdien heeft hij ongeveer een halve eeuw geschiedenis vastgelegd met zijn Nikon, zijn Bronica en zijn Leica. Het resultaat zijn 200.000 negatieven in eigen archief met daarop alle grote der aarde : Paul McCartney, John Lennon, Mick Jagger, Ray Davis, maar ook Hugo Claus en dichter Herman De Coninck. Nochtans is Selleslaghs op de eerste plaats een straatfotograaf met als grote voorbeeld de onvermijdelijke Henri Cartier Bresson. “Wat ben je ermee als je goed kan fotograferen maar je niets te vertellen hebt” zegt Selleslaghs. De meeste foto’s van hem vormen dan ook een verhaal op zich. Het verhaal van gewone mensen in hun natuurlijke omgeving. Wie een goede foto wil maken, moet zich kunnen verwonderen zegt de Antwerpenaar. Zonder verwondering kan je geen goed fotograaf zijn. Deze filosofie leverde beelden op die niet alleen in België verschenen, maar ook in de Volkskrant, Vrij Nederland en Der Stern. Selleslaghs fotografeert nog steeds op zijn oude dag. Maar werken als beroepsfotograaf ? “Neen, dat liever niet meer”. Alles moet hipper, sexier en vooral sneller dan voorheen. Waar je vroeger 24u had om een beeld te leveren, verwachten ze nu al dat je foto een half uur later de redactie bereikt. En al dat Photoshop-gedoe hoeft voor de zeventiger ook niet. De gebeurtenis  is belangrijker dan het beeld op zich. Daarom ook dat Selleslaghs zich niet ergert aan ruis. “Dat hoort er gewoon bij”. De beminnelijke beeldenmaker is een man van weinig woorden. Zijn foto’s moeten voor hem spreken. Als je duiding vraagt bij de beelden, dan geeft hij die graag. Maar hoogdravende verklaringen zijn aan hem niet besteed. Geruisloos nam hij dan ook afscheid van de groep. Met hem zag ik een fotomonument door de grote poort uit 1305 verdwijnen.  In stilte vroeg ik me af of de foto’s van Selleslaghs ook een periode van 700 jaar zouden overleven. Hopelijk wel…

Copyright Francis Tilborghs

Herman Selleslaghs - Copyright Fotostudio Tilborghs

Groepsfoto peterschapsproject 2009

copyright Carl Lapeirre

Op maandag 4 januari laatstleden kwamen we met een groep fotografen bijeen in de prachtige studio van Carl Lapeirre in Bissegem nabij Kortrijk.  Het zootje ongeregeld dat hierboven op de foto staat heeft een jaar lang elkaar maandelijks ontmoet in het kader van een peterschapsproject onder leiding van Carl.  Deze jongeman zit vooraan en is te herkennen aan zijn guitige kop met donkere bril en witte snor. Hij is Qualified European Photographer in huwelijksfotografie, portretten en reportage. Geloof mij vrij, bij zo iemand leer je op een jaar meer dan in 4 jaar op een academie. De foto werd door Carl genomen (met zelfontspanner dus) ter gelegenheid van onze laatste samenkomst. Ondertussen werd reeds beslist het project in 2010 verder te zetten. Let u vooral op de evenwichtige opbouw van de groep. Gedurende 10 minuten werd deze puzzel persoon per persoon opgebouwd. Het resultaat mag er wezen. De donkerbruine kleurtoon geeft het geheel een wat artistiek cachet. Het doet me trouwens een beetje aan de Nachtwacht van Rembrandt denken.

China Happening

Op 11 november laatstleden was er in de Antwerpse art gallery van ATAB een unieke fotoverzameling te zien in het kader van Europalia China.  Chinese en Vlaamse fotografen gunden ons op creatieve wijze een blik op dit immense land.  Philippe Musschoot gaf in een diaporama op groot scherm zijn impressies weer van zijn reis naar China. Het publiek werd ook getrakteerd op Philippe’s portretreeks die bekroond werd met een QEP-label. Daarnaast stonden er nog workshops en presentaties rond theerituelen, Thai Chi, Kung Fu, calligrafie en dies meer op het programma. Voor diegenen die er niet bij waren volgen hieronder een paar sfeerbeelden.

China-7726

 

China-7708

 

China-7727

 

China-7759

Vive la photographie

De vereniging van beroepsfotografen gaat uit zijn dak.
De vereniging van beroepsfotografen gaat uit zijn dak.

Associeërt u Frankrijk met kaas en wijn ? Groot gelijk heeft u. Maar er is meer. Frankrijk is ook de heimat van een aantal topfotografen op vlak van portretten en huwelijksreportages. Deze week heeft de vereniging van beroepsfotografen 8 ‘photographe portraitiste’ op bezoek. In Opwijk toonden ze maandagavond hun werk voor een volle zaal Vlaamse collega’s. Wie zijn deze supertalenten uit het land van Sarkozy ?

Bernard Dollet (Portraitiste de France Major 1995, 1999) : huwelijksfotografie in vooral zwartwit.

 Anita Nouteau (QEP huwelijk en portret) : in Opwijk toonde ze een reeks kinderportretten waar de kindervreugde van afstraalde.

 Pierre Delaunay (Master QEP) : De grappenmaker van het gezelschap deed zijn master-titel alle eer aan. Hij toonde een huwelijksreportage die hij maakte met een analoge Leica met daarop een videocamera gemonteerd. Het eindproduct was een montage met videobeelden en prachtige zwartwitfoto’s  in pure reportagestijl. Hiermee onderscheidde hij zich van zijn collega’s die meer geregisseerde beelden toonden.

 Claude Fougeirol (auteur van 4 fotoboeken) : de enige generalist uit het gezelschap. Is er één soort fotografie dat deze man niet in de vingers heeft ?

 Patrick Valleau (1ste prijs GNPP wedstrijd Fuji ‘huwelijk’) : Over smaken kan men eindeloos discussiëren, maar voor mij staken zijn huwelijksreportages toch iets boven de rest uit. Van zeer hoog niveau dus.

 Bernard Audry (QEP portret) : 70% van zijn werk bestaat  uit kinderportretten. Daarvan toonde hij dan ook een selectie aan zijn Vlaams publiek.

 Jean Noël Perez (‘Meilleur Ouvrier de France 1997′). Hij toonde ons een huwelijksreportage die in een hoog ritme gemonteerd was. Het geheel werd overgoten met een stevige rock ’n roll saus. Het was eens iets anders.

 Franck Charlery-Adele, huwelijks- en portretfotograaf uit Martinique. Toonde de avond zelf zijn modefoto’s die hij maakte in opdracht voor het vrouwenmagazine ‘Créola’. Creatieve fotografie, maar iets teveel gephotoshopt naar mijn zin.

 De avond eindigde in een echte feeststemming, wat leidde tot straffe taferelen. Of dit een gevolg was van de wijn of van de ambiance die de Fransen erin brachten, laat ik in het midden. Hebt u Nikki Huts al zien zweven ? Of  Lucille Feremans  zien slowen ? Yves Neves al gezien met een strikje in zijn haar ? Neen ? Ga dan snel kijken naar de foto’s en klik hier.

Belgische vakfotografen leren van elkaar.

Bruno Vetters  2 CLI_1428

 

Bruno Vetters   2 CLI_1431

 

Bruno Vetters  2 CLI_1459

Foto’s Bruno Vetters

Soms moet je de deuren van je studio eens opengooien en bij je collega’s gaan kijken. Kwestie van je blik te verruimen en frisse ideeën op te doen.    Maandagavond was het voor de Belgische vakfotografen dan ook verzamelen geblazen in het Hof van Hemelryck in Opwijk . ‘Hoe run je op succesvolle wijze een fotozaak in de 21ste eeuw ?’, dat was zowat het thema van de avond. Natuurlijk is er nog een publiek voor analoge fotografie, maar de succestijd van de ‘filmpkes’ ligt onherroepelijk achter ons. En dus kwamen  zes collega-fotografen vertellen hoe ze hun zaak hebben aangepast aan de veranderende marktomstandigheden. Een eerste vaststelling is dat een winkelformule met vaste openingstijden steeds meer wordt geruild voor een fotostudio met werk op afspraak. De klemtoon komt dan ook te liggen op de pure fotografie. Naast een website is een mooie vitrine een absolute must. Hoe groter de foto’s die daarin hangen, hoe groter het formaat van nabestellingen. Het publiek koopt namelijk wat het ziet. Nikki Huts waarschuwde in dit verband voor het portretrecht van de klant. Een schriftelijke toelating van de geportretteerde kan je veel onheil besparen. De ligging van de studio is erg belangrijk. Zoals Stef Devooght zei : ‘Er zijn 3 redenen van succes : locatie, locatie en locatie’. Hilde Collier bewijst dat je pand niet altijd in een drukke winkelstraat hoeft te liggen om omzet te maken. Zij vindt haar klanten o.a. op verschillende huwelijksbeurzen en via mondelinge reclame.

Eens de klant je winkel heeft gevonden, moet je hem ook nog over de vloer krijgen. Karin De Greef organiseert daarom opendeurdagen en speciale acties naar verschillende doelgroepen toe : babies, kinderen, koppeltjes, senioren, mensen met huisdieren. Je moet de mensen over hun drempelvrees helpen. Stef Devooght werkte een speciale formule uit voor leden van de plaatselijke fitnessclub. Een fotosessie duurt bij de meeste fotografen ongeveer 30 minuten tot een uur. In de basisprijs zijn soms ook één of meerdere afdrukken inbegrepen. Het is de bedoeling dat van de geselecteerde beelden vergrotingen worden verkocht op canvas of in kader. Je moet dus fotograaf én verkoper zijn. Filip Santens en Berten Steenwegen laten dit verkoopsaspect over aan hun respectievelijke meewerkende echtgenotes Ria en Ann. De klant van vandaag kiest zijn beelden niet meer op contacten of indexprints, maar liefst op een reuze flatscreen of met behulp van een beamer. Aangezien dit lang kan uitlopen, doet fotograaf Sven Van Roy de selectie zelf. Anderen opteren voor een online applicatie waar de klant thuis kan kiezen.

De talrijke vragen uit het publiek bewezen dat het een meer dan boeiende avond was. Dit  succesrijke samenzijn van de Beroepsorganisatie van vakfotografen werd tenslotte afgerond met een natje en een droogje.